Een fax verzenden vanuit de software (Windows)
Dit gedeelte bevat algemene instructies voor het verzenden van faxen met behulp van de software die
bij het apparaat is geleverd. Alle andere onderwerpen die van toepassing zijn op de software, worden
beschreven in de Help bij het programma. Deze kunt u openen via het menu Help in het programma.
U kunt elektronische documenten vanaf een computer faxen als u aan de volgende vereisten voldoet:
●
Het apparaat is rechtstreeks op de computer aangesloten of op een netwerk waarmee de
computer verbonden is.
●
De software bij het product is op de computer geïnstalleerd.
●
Het besturingssysteem van de computer wordt door het apparaat ondersteund.
134
Hoofdstuk 7 Fax
NLWW
Een fax verzenden vanuit de software
De procedure om een fax te verzenden, is afhankelijk van uw specificaties. Hieronder volgen de meest
voorkomende stappen.
1.
Klik op Starten, klik op Programma's (of Alle programma's in Windows XP) en klik
vervolgens op HP.
2.
Klik op de apparaatnaam en vervolgens op HP Fax verzenden. De faxsoftware wordt
geopend.
3.
Voer het faxnummer in van één of meer ontvangers.
4.
Plaats het document in de documentinvoer.
5.
Klik op Nu verzenden.
Een fax verzenden vanuit een softwareprogramma van een andere leverancier, bijvoorbeeld
Microsoft Word
1.
Open een document in een ander programma.
2.
Klik op het menu Bestand en vervolgens op Afdrukken.
3.
Selecteer in de vervolgkeuzelijst met printerdrivers de driver van de fax. De faxsoftware wordt
geopend.
4.
Voer het faxnummer in van één of meer ontvangers.
5.
Voeg eventuele pagina's toe die in het apparaat zijn geplaatst. Deze stap is optioneel.
6.
Klik op Nu verzenden.
Een fax verzenden via een op de faxlijn aangesloten telefoon
Het kan voorkomen dat u een faxnummer wilt kiezen vanaf een toestel dat op dezelfde lijn is
aangesloten als het product. Dit is bijvoorbeeld het geval als u een fax verstuurt naar een persoon van
wie het apparaat op handmatig ontvangen is ingesteld. U kunt dan eerst bellen om te laten weten dat
de fax er aankomt.
OPMERKING:
Het toestel moet op de telefoonaansluiting (
) van het apparaat zijn aangesloten.
1.
Plaats het document in de documentinvoer.
2.
Raak in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop
Fax
aan.
3.
Neem de handset van een toestel dat op dezelfde lijn is aangesloten als het product. Kies het
faxnummer met behulp van het toetsenblok van de telefoon.
4.
Wanneer de ontvanger antwoordt, kunt u vragen of deze het faxapparaat inschakelt.
5.
Wanneer u de faxtonen hoort, raakt u de knop
Faxen starten
aan, wacht u totdat het bericht
Wordt verbonden op het bedieningspaneel wordt weergegeven en legt u de hoorn op de
haak.
NLWW
Fax gebruiken
135